Eigenlijk is dit in de dezelfde categorie als de bouillonpoeder; de voedingsindustrie heeft maar 1 ding voor ogen en dat is zoveel mogelijk winst maken. Dat betekent dus dat er naar zo goedkoop mogelijke ingrediënten wordt gezocht – en helaas worden die ook vaak gevonden. Dit was eigenlijk een kleine test, binnenkort ga ik het eens in het groot proberen, maar het recept is er klaar voor in elk geval. Waar ik wel van schrik (nou ja: eigenlijk ‘waar ik weer van schrik’) is hoeveel er overblijft van de oorspronkelijke ingrediënten. Van 4 stevige puntpaprika’s blijft ongeveer een half eierdopje over. Van de andere kant: dit RUIKT naar paprikapoeder en smaakt naar paprikapoeder; dat kun je van heel veel gekochte kruiden niet zeggen.
Ingredienten:
- 4 puntpaprika’s (of meer natuurlijk)
Bereiding:
Maak de puntpaprika’s schoon en snij ze in stukjes.
Doe deze in de de blender en maal het geheel tot een prutje.
Doe dit vervolgens op een grilplaatje of alubakje waar je een velletje bakpapier in hebt gelegd.
Nu komt het lange wachten op het resultaat: ik heb het bakje bij 2 stukken varkensnek gezet die ik tot pulled pork wilde omtoveren, dus dan is de smoker toch aan. Je kunt ze natuurlijk ook in de oven drogen.
Roer om het half uur even er door heen, dan droogt het sneller.
En als het papje helemaal gedroogd is, doe het gedroogde paprikading dan in de blender en maal het fijn.
Ik heb nog nooit zo’n mooi paprikapoeder geproefd en geroken; dit is immer gerookt paprikapoeder door het gebruik van rookhout op de smoker.
Smakelijk!





